woensdag 31 december 2014

You only live once?

Gisterenmiddag, ik liep nog even achterlangs de kerk / het kerkhof naar de Plus, zag ik in de berm een blauw doosje liggen met daarop de tekst: 'You only live once'. Het lag er plompverloren.

Nou ben ik dol op dingen vinden op straat. Er is op elke wandeling wel iets geks, moois en/of betekenisvols te vinden. Op straat. Langs de weg. Heel leuk.

Soms neem ik mee wat ik vind.
Soms laat ik het liggen.
Als het iets is waarvan ik denk:'Daar zoek iemand zich op dit moment vast rot naar', dan leg ik het of iets meer in het zicht. Of ik raak het niet aan en staar er alleen maar in kinderlijke verrukking naar.
Maar soms... heel soms... grijp ik in.

Zoals gisteren.

Het blauwe doosje met de tekst 'You only live once' lag te dicht bij het kerkhof om zomaar te laten gaan.


Daarom heb ik het op het muurtje van het kerkhof gezet. Met de lichte hoop dat het er daar 's avonds nog zou staan. Om een foto te kunnen maken. En gelukkig. 's Avonds stond het er nog.

You only live once.

Of het waar is ... dat weet ik niet.
Het zou kunnen.
Het zou ook zomaar niet kunnen.

You only live twice... zou James Bond zeggen.
En, als een kat heeft negen levens heeft, hoe zit dat dan met de mens?

Vragen te over.

Gelukkig zijn er altijd mensen die er een theorie op na houden. Zo ook de 'Reincarnatie-theorie'. k Word om de een of andere mij onbekende reden altijd ongelooflijk gelukkig van het lezen over Reincarnatie. Erg blij was ik van de zomer dan ook toen ik het vroege materiaal van Hans ten Dam vond. In de kringloopwinkel. 'Ring van Licht, deel I en II'. Prachtig werk op basis van persoonlijk onderzoek, en dat van anderen, naar gevallen van 'herinnering'. Van vorige levens.


Een ervaring in mijn leven tot nu toe, heeft me er wel van doordrongen dat er meer mogelijk is dan zomaar rechttoe rechtaan. Een ervaring zoals er zich nog maar een zo duidelijk heeft voorgedaan, als toen. Een regressie, een herinnering van een - mogelijk - vorig leven... met meerdere mensen tegelijk.

Op een dag bevond ik me in een heel oud pand, ergens in Den Haag / Scheveningen. In dat pand bevond zich een loopbaanbureau. Eentje dat 'spiritueel bewust' was. Nu was ik helemaal niet met spiritualiteit bezig geweest, in mijn leven. k Was meer van het rationele. Het feitelijk. De Wetenschap. Niks geen zweverig gedoe. Daar had ik in mijn kinderjaren al genoeg gedoe mee gehad.... Nee, dank je wel.

Maar, er was in die periode iets vreemds aan de hand.
Het universum leek open te scheuren.
Er kwamen mensen op mijn pad die me doordringen aankeken en me zaken over mezelf vertelden die zij onmogelijk konden weten.
Er kwamen boeken op mijn pad, over Kabbalah, Magie, Soefisme, Katharen, Kruiden, Aura's en chakra's, archetypes, kaartlezen, energetische reinigen ... en ik begreep ze op een vreemde manier allemaal. Tot in het diepst van mijn ziel.

Aan het begin van die periode liep ik dus bij dat loopbaanbureau. En op een dag, ik zat te wachten op een ontmoeting met mijn coach, zat ik aan de lange leestafel in een van de mooie, nostalgisch aandoende vertrekken te wachten. Met mij aan tafel zat een man. Hij was een klein beetje ouder dan ik. En we raakten in gesprek. Het was een grappige man. Een boekhouder. En hoewel hij standaard leek op het eerste gezicht, in zijn licht beige pak, was hij dat bij een tweede blik toch helemaal niet.
Quasi wanhopig liet hij me weten dat hij echt niet meer wist wat hij moest doen. En dat terwijl hij een gezin had, een vrouw, kinderen, een huis, een hypotheek. Altijd een boekhouder geweest. Geen vuiltje aan de lucht en ineens.... Kaboem... Wist hij het niet meer.

Ik geloof dat ik zoiets heb gemompeld als: 'Komt me bekend voor', met dat verschil dat ik geen boekhouder was en ben. Integendeel.

Een paar dagen daarvoor had de adjunct-directeur me met zo'n raadselachtige blik gevraagd: 'Wat wilde je worden toen je kind was?'.

 Diezelfde vraag plopte in me op toen ik de boekhouder die geen boekhouder meer was zijn beklag hoorde doen. En direct daarop... Had ik de vraag gesteld:
'Wat wilde je worden toen je kind was?'.

En vanaf dat moment veranderden de wetten die golden in die specifieke kamer. Want, wat er gebeurde, was dat ik door het dagelijkse gezicht van de man tegenover mij, een ander gezicht zag schemeren. Zijn gezicht, maar dan als priester. En op het moment dat ik de priester in hem gewaar werd, zei hij:

'Priester'.

'Ja, ik zie hem', stelde ik als diagnose. En alsof iets het in mij over nam, begon ik te orakelen....:

'Dat ben je ooit geweest'.

Op dat moment verscheen er een nieuwe speler op het toneel. Een jongedame. Wit jack. Spijkerbroek. Blonde paardenstaart. Zij wilde de twee schuifdeuren in onze kamer openen, om aan te schuiven bij een workshop die daar plaats had.

Zij komt binnen en ik zeg, nadat ik de priester in de man naast mij heb benoemd: 'En dat is een heks'. Terwijl ik naar haar wijs. Om te vervolgens naar mezelf te wijzen en te zeggen: 'En ik ben een tovenares'.

Het gekke is...

Het is natuurlijk heel gek om zoiets te doen. En te zeggen. Zomaar plompverloren tegen een moderne vrouw die binnenkomt, zeggen: 'Dat is een heks'. Ze had boos kunnen worden. Of beledigd kunnen zijn.
Maar nee...
Ze draaide zich naar me om, keek me zeker aan en zei: 'Ja, dat klopt. Dat is Echt zo'.
Nadat ik haar informatie als vanzelfsprekend had ontvangen, draaide ik me terug naar de man en zei: 'En wij kennen elkaar'.

We bleven nog een paar seconden zo zitten.
Als een tableau vivants.
Daarna draaide de vrouw zich om en ging de andere kamer binnen.

Ondertussen draaide bij mij, innerlijk, de film nog door.
De vrouw en ik bevonden ons in een klooster.
Buiten raasden de vlammen.
De man die naast me zat, de priester, hield een deur voor ons open en zei op gehaaste toon: 'Vlug, vlug, hierheen'.

Daarna keerde ik terug naar het Hier en Nu.
Het beeld verdween.
De man tegenover mij keek wazig langs me heen.
Ik haalde hem terug met de mededeling: 'Er bestaat zoiets als reincarnatie'.
Waarop hij zei: 'Ja, dat begin ik nu ook te geloven'.
En op dat moment kwam mijn coach binnen om me op te halen voor ons gesprek. De man heb ik daarna niet meer gezien. Waarschijnlijk was deze ontmoeting voldoende.

Deze ontmoeting is me - uiteraard - wel altijd bij gebleven. Het heeft mij er van doordrongen dat er meer mogelijk is dan zomaar alleen rechttoe rechtaan. Zelf kun je weleens flarden opvangen van historisch aandoende gebeurtenissen waarbij je het gevoel hebt dat het ook een stukje van je eigen geschiedenis betreft. Maar, zo'n ervaring met drie mensen tegelijk... En ook nog eens expliciet, hardop uitgesproken. Dat was nieuw voor mij. Maar, blijkbaar... kan dat ook.

Wat was dan de betekenis van het doosje dat ik vond achter het kerkhof?
Een omen?
Momento mori?
Gedenk te sterven?

Of was het een handvat?

Graag wilde ik nog voor het einde van dit jaar een stukje schrijven over Reincarnatie. Waarin de gebeurtenis verwerkte als voorbeeld van wat ook mogelijk is. Ik wist alleen niet hoe te beginnen. Zonder al te doceerderig over te komen. Ik had geen idee. Dus liet ik het maar. Los.
Toen vond ik het doosje.
En na even daarop ingevoeld te hebben, wist ik....
Iets, het universum, mijn eigen onderbewust, reikt me een handvat aan.... om mijn artikel te beginnen.

Mooi he
Met alles up and downs....
Het is en blijft een wonderlijk iets.
Live
Nog zoveel te ontdekken.

zondag 28 december 2014

Concentrische cirkels VI


'Zo is er een opvallend koepelvormig daklicht, versierd met een patroon van concentrische ringen dat met niet al te veel fantasie kan worden geïnterpreteerd als een soort spinnenweb. En de muren, zowel van binnen als van buiten, dragen het herhaalde motief van alternerende gelijkarmige kruisen - en nog meer cirkels'.

Uit: 'Het geheime boek der Grootmeesters, Maria Magdalena, Johannes de Doper en de ware identiteit van de Messias'. Geschreven door Lynn Picknett en Clive Prince (op hun eerdere boek 'Het Heilige Bloed en de Heilige Graal' heeft Dan Brown voor belangrijke mate zijn debuut 'De Da Vinci Code' gebaseerd).

Op de bovenstaande foto zijn de concentrische cirkels in het plafond van de Notre Dame de France in London zichtbaar. Ontworpen door Jean Cocteau die, naar verluidt, grootmeester was van de Priorij van Sion. Een al dan niet verzonnen geheim genootschap opgericht door Pierre Plantard die... naar  hij zelf verklaarde... afstammeling was van de Merovingen.



Op de foto concentrische cirkels uit de Merovingische tijd, in de vorm van een fibula.
Zie voor een uitgebreidere beschrijving -> Concentrische cirkels IV: http://magischenzo.blogspot.nl/2014/07/concentrische-cirkels-deel-iv.html

------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Zie voor Concentrische cirkels V: http://magischenzo.blogspot.nl/2014/09/concentrische-cirkels-v.html 

Het land van Boeh of Bah

Er was eens een land hier heel ver vandaan.
Nee, wacht, opnieuw.
Niet zo heel ver hier vandaan.
In een tijd, lang, lang geleden.
Nee, wacht, niet eens zo heel lang geleden...
Opnieuw.

Er was eens in een land – hier niet zo heel ver vandaan – en niet eens zo heel lang geleden een leider.

Nee, wacht.
Een man die zichzelf 'De Grote Leider' noemde en liet noemen.
Deze man woonde in een groot paleis, of eerder, een grote woning die iets weg had van een bunker... Want het ontbrak hem aan Fantasie.

En dat was erg.
Erg voor hem.
Erg voor zijn vrouw.
Voor zijn kinderen.
En nog wel het meest voor de mensen die in zijn land woonden.

Nu wilde het geval dat een traditie van zijn land was, dat de verjaardag van de Grote Leider gedurende twee volle dagen werd gevierd.
Of eigenlijk, twee volle dagen en een avond. De Voor-Avond.
Twee dagen waarin herdacht werd dat de Grote Leider was geboren uit een vrouw, een heilige vrouw die nooit, echt he-le-maal nog nooit van haar lang zal ze leven, seks had gehad. Met een man.
Dat zij dan toch zwanger was, dat werd geweten aan de 'Buiten Aardse Hulp', afgekort … de 'BAH'.
De BAH. Een iets dat zo belangrijk was voor hun Grote Leider en daarmee voor hun land en daarmee voor... zichzelf... dat ze hun land 'Het Land van Bah' noemden.
Niemand wist echter precies wat dit was. Deze Bah. Geen mens had ooit zijn... of haar... vinger er achter kunnen krijgen. Geen enkele inwoner had een idee … van wat de Bah kon zijn. Niemand wist zodoende van Boeh... of Bah.

Een fenomeen in mysterieën en raadselen gehuld.

Voor de meesten.

Want voor sommigen was het klip en klaar.
De Grote Leider – en al zijn doorluchtige voorgangers – werden geboren uit een vrouw die nog nimmer daarvoor seks had gehad, met een man.
Helder.
Zo klaar als een klontje.
Geen woord meer aan vuil te maken en een ieder die dat wel deed in de vorm van het uiten van zijn of haar voorzichtige twijfel werd direct en zodoende zonder pardon in een donkere cel gezet. Op water en brood.
Niemand haalde het zodoende in zijn of haar hoofd om enige gezond verstand te gebruiken. Laat staan te uiten.

En zo kwam het dat generatie na generatie opgroeide met het idee en het besef dat alle Grote Leiders uit de geschiedenis en het heden...

Afijn.

De doctrine lijkt me duidelijk.

Op dit moment in het verhaal bevinden we ons aan de Voor-Avond van de Tweedaagse Verjaardag van de Grote Leider. Iedereen heeft de traditionele Verjaars-inkopen gedaan. De rolluiken van de laatste winkels die nog open waren, zakken langzaam dicht. De mensen sluiten hun deuren achter zich. Zorgvuldig. Om het duister dat buiten zijn intrede heeft gedaan zorgvuldig buiten te sluiten. Kaarsen gaan aan. Een eenvoudig feestmaal ter ere van de Voor-Avond wordt opgediend en de Grote Leider presenteert zichzelf en Zijn Gezin met een vaderlijke glimlach op de televisie. Om aan zijn volk te tonen: 'Ik ben jullie Grote Leider, geboren uit een frigide vrouw, met dank aan de BAH en … Ik Ben Morgen Jarig!

Driewerf Hoera.

Alle mensen zaten thuis aan de buis gekluisterd en prevelden of riepen uitbundig – al naar gelang van hun temperament en mate van loyaliteit - 'Driewerf Hoera!'.

En zo was het goed.
Want overzichtelijk.
En prettig.
Want vertrouwd.
En daardoor...
Veilig.

Zo wisten de mensen wat ze hadden.
En hoefden ze zich nergens zorgen over te maken.
Zolang ze zich maar geen dingen gingen afvragen.
Want dan waren de rapen gaar.
Heel, heel... heel erg gaar.

Nu wil het geval in dit soort situaties, en dus in dit soort verhalen, dat er altijd wel eentje is die plotseling, op een kwalijke nacht, recht overeind schiet uit een heldere droom. Een droom zo helder, zo afgrijselijk helder at men ze bij voorkeur schaart onder de noemer 'Nachtmerrie'.
Genoemd naar het – uiteraard vrouwelijke – paard dat nachtelijke dromers en astrale reizigers met op grof geweld gelijkende daadkracht op haar gladde – uiteraard zwarte – rug slingert om daarna op volle sterkte weg te draven.

Het nachtelijke duister in.
Daar waar de visioenen liggen.
Daar waar de naakte waarheid onbeschaamd in al haar – uiteraard vrouwelijke – naakt schuilgaat in bossen en achter bossages. Klaar om je te grijpen, als je ook maar eventjes niet uitkijkt. Waarbij één, slechts één moment van argeloosheid de nachtelijke dromer fataal kan worden.

Tot in der eeuwigheid.

Gelukkig overkwam het daar in dat land slechts weinigen, dit soort nachtelijke exercities, die door hun overwegende angstwekkendheid 'Reizen naar het land van Boeh' werden genoemd.
En dat kwam – daar was geen twijfel aan – door het ontbreken van de Fantasie.
Daar in dat land, niet zo heel ver hier vandaan en niet eens zo heel gek lang geleden.

Zo ontstond door inslijting en traditionele vasthoudendheid van deze – van buitenaf aangedragen – ideeën en overtuigingen het Systeem (Bah).
Het domein waar je 's nachts waar je onder begeleiding van het vrouwelijk paard terecht kwam heette: Vrijheid (Boeh).

En omdat beiden naast elkaar en door elkaar bestonden – maar dat wisten alleen die enkelen die hun gezond verstand en hun fantasie wisten en durfden te gebruiken – heette het land van Bah eigenlijk en officieel:

'Het land van Boeh of Bah'.

zondag 21 december 2014

RONDOM/ RONDIN

vroeg me al lang af hoe het zit...nou, eigenlijk, 
ik vond 2 schetsjes vandaag van wel 22 jaar geleden.
over de kwaliteit valt te twisten, een kniesoor etc, haha.
daarop heb ik schijnbaar geprobeerd de handeling van het
 personage te verbinden met de omgeving...de werelden.

wist niet dat de vraag ook toen al zo leefde...
Hoe verricht ik een handeling verbonden, in harmonie met het geheel.
De praktijk geeft regelmatig antwoord,
maar ik ben elke keer ,als ik de vraag stel in het ongewisse.
Tot aan het moment dat het weer gebeurt,

en weg is het weer
uit mijn bewustzijn
en de vraag keert weer
in vertrouwen
dat het leven weet
hier nu
de enige plek waar het er op aan komt.

(Lessen in) Levitatie

Ik had een queste, en met die queste... kwamen de 'Lessen in ... Levitatie'.

Dag 1: La lecon de levitation, van Leonor Fini

La lecon de levitation, Leonor Fini

Dag 2: de volgende stap is een poging zonder schommel...

Een eerste serieuze poging

Dag 3: dan maar proberen met een touw....


Levitatie-foto van Moritz Aust 


En diezelfde dag ... vindt er een klik plaats...


Foto van anka zuravleva
Foto van Rebekah W

Dag 4: en los.... Goddess Inanna, door Andres Fouché Valbuena

Goddess Inanna, Andres Fouché Valbuena