voedsel voor, voedsel van, voedsel tot.
welk vonnis velt de onwetendheid over het duister.
hoe wreed kijkt de klokkenmaker,
puzzelt hij stukken licht in elkaar tot sleur.
hoe sluw kweekt pedagegoochel schuld en vlijt,
holt kinderen uit, vult de borstkas met ambitie.
lachend rent het monster door de helverlichte dag,
zaait angst,
eenvoudig inspelend op aangeboren nachtvrees.
noemt zich............
heeft de wet aan zijn kant
redelijkheid als wapen
economie als wekker,
hoort....gerinkel
willoze marionetten bevolken de akkers
hebzucht oogst.
In de nacht dansen de enkelen,
tot vrijheid van een ieder.
voedsel voor, voedsel van, voedsel tot,
zichzelve genoeg, laaiend knetterend vuur.
hoe heerlijk naakt dansen wij,
cirkelen grote achten onder de maan.
de naamlozen, in vreugde....
vreugde voor, vreugde van, vreugde tot.
geluk xx
Geen opmerkingen:
Een reactie posten