woensdag 27 januari 2016

Het Libellum de Inquisition

Ze laten het onderwerp van de opvolging rusten. Drinken rustig hun chai latte op en begeven zich weer terug naar het winkeltje.

Net op dat moment gaat de bel van de winkel. Een al wat ouder heerschap komt de winkel binnen. 'Melchior!', roept mevrouw Les Mains enthousiast. 'Manuela', zegt hij met warme stem. 'Kind, wat goed je weer te zien'. Hij komt op mevrouw Les Mains af en schudt haar de hand.

Nu hij zo dichtbij staat, krijgt Janneke mooi de kans deze meneer eens even goed te bekijken. Het is een opvallende verschijning. Zo iemand die je niet elke dag voorbij ziet komen. Tenminste, niet op de plek waar Janneke woont.

Deze meneer heeft een flinke bos grijs haar en bakkebaarden tot half op zijn wangen. Het staat wat ouderwets, maar op de een of andere manier past het bij hem. Ze kijkt naar zijn groene wollen jas en zijn geel rood geruite baret met rode pompoen.

Op de een of andere manier passen mevrouw Les Mains en deze Melchior wel bij elkaar. Alsof ze ... tja... familie zijn, ofzo. Janneke kan haar vinger er niet opleggen en besluit aandachtig te luisteren naar hun gesprek. Net op dat moment hoort ze haar naam noemen.

'Ah, Janneke Druif, van 'TZalWel', wel, aangenaam', de man die met Melchior wordt aangesproken, steekt zijn hand naar haar uit. Waarop Janneke haar professionele journalistenhouding weer terug weet te vinden.

'Janneke Druif, journalist bij 'TZalWel'. Ik ben vandaag bij mevrouw Les Mains te gast'.

'Om aan te tonen dat wat zij doet onzin en kwakzalverij is', bromt Melchior met vriendelijke twinkelogen. 'Nou, pas maar op, kind, want mevrouw Les Mains kan rare dingen met je doen. Als je niet op past, verlaat je deze winkel als Kikker. In plaats van als ... ehm... wel... wat je nu bent'.

Janneke besluit zulke flauwigheid maar te laten voor wat het is en zegt zakelijk:  'En u bent? Haar vader?'

'Ehm, wel, nee. Ik ben Melchior Adelhart. Klant van mevrouw Les Mains. Ik koop hier allerhande waren voor mijn praktijk en ook voor dagelijks gebruik. En, ik laat natuurlijk regelmatig mijn handen lezen door deze kundige, zeer kundige, handlezeres'.

De liefdevolle blik van mevrouw Les Mains naar deze meneer Adelhart ontgaat Janneke niet.

'Maar, zeg, nu we het toch over toveren hebben, je laat toch zeker ook wel een aantal van je artefacten zien, niet?'. Mevrouw Les Mains knikt. 'Kind, doe me een plezier, en neem haar dan ook even mee terug naar het verleden. Toon haar, als ik je een welgemeend advies mag geven, toon haar het 'Libellum de Inquisition'. Je hebt daar toch een exemplaar van liggen hier? Of heb je dat inmiddels van de hand gedaan?'.

'Dat ligt hier nog, Melchior. Veilig en wel'.

'Wat is dat voor iets? De Libelle van de Inquistion?', Jannekes blik staat op scherp. Hier valt iets te halen. Misschien wel een scoop.

Melchior kijkt haar even aan: 'Het boekje van de inquisitie. Voer voor psychologen.'.

'Manuela, kind, toon haar dat en vertel haar dat de sceptische houding die voort vloeit jegens alles naar wat magisch is en ... tja, zogenaamde onbegrijpelijk voor de menselijke geest... nog steeds de doorwerking is van wat er is neergezet ten tijde van de inquisitie'. 

Even tuurt hij de verte in. Alsof hij daar iets ziet. Janneke kijkt ook. Maar ziet niets. Niets van betekenis.

Dan richt Melchior zijn doordringende blik op Janneke. En Janneke voelt zich ineens klein worden. Alsof hij haar doorziet. Alsof  hij nu op dit moment, nu hij naar haar kijkt, al haar gedachten, geheim en minder geheim, weet bloot te leggen.

Ze voelt zich krimpen onder zijn blik.

'Hmmm, je hoeft niet bang te zijn, hoor, Janneke. Niet voor mij. Er loeren grotere gevaren. In het verleden loerden ze nog feller. Hun kracht is aan het afnemen. Maar toch, wees alert, jongedame. Bedenk goed, wie je bedient!'.

Om vervolgens geheel terug te keren naar het hier en nu en te vervolgen met:

'Ik laat je nu, Manuela. Ik kom later wel terug. Ik laat jullie dames. Gegroet!'.

Nog even blijven mevrouw Les Mains en Janneke staan kijken naar de nog na klingelende bel, nadat de deur al gesloten is en Melchior met een vrolijk wiebelende pompoen op zijn hoofd in de mensenmenigte verdwenen is.

En Janneke kan het niet laten om, ondanks zijn indringende waarschuwing, die voor haar zo volstrekt nietszeggend is, te denken.... 'T Zal Wel!'.


Wordt vervolgd....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten